bell notificationshomepageloginedit profileclubsdmBox

Read Ebook: Lord Lister No. 0009: Om goud en liefde by Blankensee Theo Von Matull Kurt

More about this book

Font size:

Background color:

Text color:

Add to tbrJar First Page Next Page

Ebook has 625 lines and 18605 words, and 13 pages

Authors: Kurt Matull Theo Blakensee

LORD LISTER GENAAMD RAFFLES DE GROOTE ONBEKENDE.

NO. 9 OM GOUD EN LIEFDE.

OM GOUD EN LIEFDE.

EERSTE HOOFDSTUK.

DE MARKIES DI SAO BALBO.

De herfstavond was aangekomen en het gezelschap was met zijn honden teruggekeerd van de jacht. Men kleedde zich op Rastinghouse, het landgoed van Lord Clifford, voor het diner.

De hall van het oud-adellijke slot, die groote ruimte, waar de rijke Engelschen zich het liefst ophouden, en vanwaar men langs de prachtig gebeeldhouwde trappen de verschillende etages bereikt, scheen nog leeg te zijn.

Eerst toen een rijzige slanke mannengestalte met veerkrachtigen tred en bijna onhoorbaar de met dikke loopers belegde trap afkwam, richtte zich in een der fauteuils, die in de hall stonden, een fijnbesneden, blond vrouwenkopje op en twee groote violetblauwe oogen keken vragend op.

De heer glimlachte en vroeg met gedempte stem:

,,Heb ik u verschrikt, Miss Goal? Dacht u misschien, dat het de beruchte Raffles was, die uw gouden lokken kwam stelen?"

De dame, die zich nu in haar volle lengte verhief, had een slanke, tengere gestalte en was een bijzonder bekoorlijke verschijning. Zij was het blijkbaar niet met zichzelf eens, welke houding zij zou aannemen tegenover den heer, die nu v??r haar stond en met zijn blanke vingers over zijn prachtigen, zwarten baard streek. Eindelijk sprak zij:

,,Neen, markies, ik herkende u dadelijk. Ik betwijfel het echter of het louter toeval is, dat wij elkaar zoo dikwijls ontmoeten en dat wij zelfs in dit huis, waar zoovele menschen samenzijn, ons telkens weer in elkaars gezelschap bevinden. Misschien is het het noodlot, dat zoo vaak onze wegen doet kruisen....."

Zij zweeg en de slanke man, die v??r haar stond, zag een traan in haar oogen. Hij boog en sprak:

,,Ik hoop, Miss, dat gij dit z?? opvat als het u het liefst zou zijn. Ik zou er gaarne iets toe willen bijdragen om uw blik meer tevreden en gelukkig te maken."

Daarop vatte hij een van haar smalle handjes, waarop hij een langen, innigen kus drukte.

,,Maar ik begrijp niet, wat u bekommert. Iedereen houdt van u, gij zijt onder bescherming van een achtenswaardigen ouden heer, kolonel Goal, en ik geloof niet, dat er zich iemand hier in huis bevindt, die niet met alle mogelijke opoffering den geringsten uwer wenschen zou willen vervullen."

Miss Florence schudde het hoofd en sprak:

,,Van u, markies, had ik niet gedacht, dat gij u, evenals alle anderen, liet misleiden."

Verbaasd keek de knappe man in het gelaat der jonge vrouw, daarop antwoordde hij met een glimlach:

,,Men kan niet altijd toegeven aan zijn vermoedens, lieve Miss. Ik heb veel opgemerkt, wat aan de oogen van anderen verborgen is gebleven en ik meen mij niet te vergissen in de veronderstelling, dat uw verdriet een uwer naaste bloedverwanten geldt. Is het niet waar?"

Het schoone meisje knikte toestemmend.

En snikkend sprak zij met gedempte stem:

,,En ik ben verloren, als niemand mij helpt."

Ridderlijk knielde hij voor haar neer, hij nam de blanke meisjeshand in de zijne en sprak op ernstigen, bijna plechtigen toon:

,,In de aderen van den markies di Sao Balbo vloeit het bloed der oude Saraceensche ridders. Mijn stamvader liet zich voor zijn dame verbranden en al zijn de gewoonten ook minder wreed geworden en al zoudt gij, lieve Miss, een dergelijke vuurproef niet van mij verlangen, toch smeek ik u, geheel over mij te beschikken en uwe eischen te mijnen opzichte zoo hoog mogelijk te stellen.

,,Het gevoel, dat ik jegens u koester, is zoo verheven en heilig, dat ik er naar snak, iets voor u te mogen doen!"

Miss Florence was eenigszins teruggeweken. Uit de woorden van den man, die knielend voor haar lag, laaide de gloed van den hartstocht haar tegen en zij wist niet, welk antwoord zij moest geven.

De schoonheid van dezen man streelde haar zinnen, zijn welluidende stem trof haar hart en zij besefte, dat, hetgeen zij voor den markies voelde, de kiem was van een liefde, die zij zichzelf nauwelijks durfde bekennen.

Voor een oogenblik vergat zij haar leed. Maar de Zuid-Amerikaan, van wien men vertelde, dat hij in de Vuelta Abajos tabaksplantages en andere bezittingen van fabelachtige waarde had, drong er zelf op aan, dat zij haar hart bij hem uit zou storten.

O, hoe gaarne deed zij dit!

Deze Mr. Goal, de gewezen overste in het leger van Hare Majesteit de Koningin, deze oude soldaat, die door iedereen voor een man van eer werd gehouden, was een groote schurk, gevaarlijk voor ieder jong meisje.

Hij vervolgde zijn nicht, die eigenlijk slechts een verre bloedverwante van hem was, met de volharding van een ouden woesteling, hij sloop haar na tot in haar kleedkamer en beproefde daar, nadat hij de dienstboden had doen heengaan, zijn schandelijke plannen uit te voeren.

Trouwen wilde hij haar niet! Geen enkel oogenblik dacht hij daar aan! Tot zijn geliefde wilde hij haar maken om haar later, als hij genoeg van haar zou hebben, weg te werpen.

De wangen van het meisje waren met een blos van schaamte bedekt, toen zij deze dingen van zoo kieschen aard toevertrouwde aan den jongen man, die met gefronst voorhoofd naar haar luisterde. Zij durfde haar reine, blauwe oogen niet opslaan naar hem, die haar zooeven van zijn teedere gevoelens had gesproken. Maar zijn zware, hijgende adem verried haar, hoezeer haar verhaal hem aangreep.

En toen sprak zij eindelijk, luid snikkend:

,,Ik had een vertrouwd kamermeisje, dat reeds in mijn ouderlijk huis had gediend. Eenigen tijd voordat wij naar het slot van lord Clifford reisden, heeft de ellendeling mijn arme Betsie onder de valsche beschuldiging van diefstal laten gevangen nemen. Nu ben ik zonder eenige bescherming en ik ril van afschuw als ik denk aan het oogenblik, waarop wij naar ons landgoed zullen terugkeeren."

Zij dacht eenige oogenblikken na en vervolgde toen met een wilden lach, waaruit oneindig groote wanhoop sprak:

,,Maar hij zal mij niet levend in zijn macht krijgen! Ik wil liever sterven!"

Markies di Sao Balbo was doodsbleek geworden. Het trillen zijner sterke handen en het rollen van zijn donkere oogen toonden in welke vreeselijk opgewonden toestand de anders zoo kalme man zich bevond.

Met moeite slechts kon hij vragen:

,,E?n ding begrijp ik niet, Miss. Gij zijt immers rijk. Ik bid u, mij mijn onbescheidenheid niet kwalijk te nemen, maar men beweert, dat gij een groot vermogen bezit, gij zijt dus niet afhankelijk van dezen man! Ik weet, dat gij meerderjarig zijt. Is het dan alleen uit eerbied voor een familielid, dat gij het huis, waarin uw eer wordt aangerand, niet verlaat?"

Opnieuw in tranen uitbarstend, schudde Miss Florence het hoofd.

,,Ik was rijk en ik moest het nog zijn! Mijn ouders hebben inderdaad een groot vermogen achtergelaten. Maar deze man, die mij nu nog het laatste wil ontnemen, wat ik bezit, heeft mij ook mijn vermogen ontstolen. Met mijn eigen oogen heb ik het testament gezien, waarbij mijn vader mij tot universeele erfgename benoemde......"

Zij droogde haar oogen met het fijne, kanten zakdoekje en de markies vroeg, bijna ongeduldig:

,,En waar bleef dat testament?"

Op verdrietigen toon antwoordde het jonge meisje:

,,Het document is verdwenen, er werd een ander gevonden, toen papa gestorven was, waarbij mijn oom als beheerder van mijn vermogen was benoemd. Ik zelf zou geen enkelen stuiver in handen krijgen, terwijl mijn vader, die bij zijn leven nimmer een onaangenaam woord tot mij had gesproken, mij lichtzinnig en verkwistend noemde.

,,Mr. Goal was ook benoemd tot executeur-testamentair en de verdere voorwaarden luidden, dat hij mij in zijn huis moest opnemen en dat ikzelf nimmer, maar bij eventueel huwelijk mijn kinderen wel over het vermogen zouden kunnen beschikken."

,,Op die manier heeft de schurk er zich warmpjes ingenesteld," sprak de markies, wiens neusvleugels trilden van toorn.

,,Nu begrijp ik het, lieve Florence, dat gij het als een schikking van het noodlot hebt beschouwd, dat wij elkaar hebben ontmoet...! Ook ik ben het toeval dankbaar, dat mij de gelegenheid geeft, u te kunnen helpen!

Add to tbrJar First Page Next Page

 

Back to top